Jard van Nes
De mezzosopraan Jard van Nes is geboren in 1948 in Zwollerkerspel. Eerst na het voltooien van haar studie piano bij Sas Bunge aan het Utrechts Conservatorium startte Jard van Nes haar studie solozang bij Herman Woltman aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag. Tevens volgde zij interpretatiecursussen bij onder anderen Felix de Nobel en Pierre Bernac. Vanaf september 1982 was zij als hoofdvakdocente zang verbonden aan het Koninklijk conservatorium in Den Haag.
Jard van Nes is een concert-, oratorium- en liederenzangeres met ook nog opera op haar repertoire. In 1978 was zij prijswinnares van het Internationale Vocalistenconcours in 's-Hertogenbosch en in 1981 van het Internationale Opera- en Belcantoconcours, dat georganiseerd werd door de Vlaamse omroep. In 1984 ontving Jard van Nes de Nederlandse Muziekprijs na aanvullende studies bij Christa Ludwig en Noemie Perugia.
De deelname aan het Vocalisten Concours in 's-Hertogenbosch, 1978 waar zij tot de finale wist door te dringen, betekende haar doorbraak. Aanvankelijk begonnen als alt, presenteerde zij zich vervolgens als mezzosopraan vanwege het uitgebreidere repertoire dat mezzosopranen tot hun beschikking hebben dan alten. In opmerkelijk korte tijd is Jard van Nes vervolgens een van de meest vooraanstaande Nederlandse zangeressen geworden, die ook buiten de landsgrenzen wordt gerekend tot de belangrijkste mezzo-sopranen van haar generatie.
Haar debuut in een opera was in Rappresentatione di anima e di corpo van Emilio de'Cavalieri in de rol van anima. Dit was een voorstelling op 30 september 1971 in de Buurkerk te Utrecht. Haar debuut bij de Nederlandse Operastichting was in Händel's Rodelinda met de rol van Bertarido, Amsterdam, Stadsschouwburg, 23 september 1983. Ze zong rollen in werken van behalve Händel, Orlano, titelrol, 1985, ook o.a. Wagner (Brangäne, Tristan und Isolde,1987, Magdalene, Meistersinger,1986, Fricka, Erda), Verdi (Ulrica, Un ballo in maschera,1990), Richard Strauss. Ze werkte mee aan het Holland Festival en vertolkte de titelrol in de première van Naima (1985, Loevendie). Talrijke optredens in binnen- en buitenland, waaronder Salzburg (Die Zauberflöte en Ligeti's Le Grand Macabre) de V.S., Canada en in 1980 een concerttournee door het Midden-Oosten. Haar repertoire strekte zich uit van de vroege Barok tot stukken, die speciaal voor haar (door o.a. Theo Loevendie, Tristan Keuris en Caroline Ansink) werden geschreven.
Een bijzonder reputatie verwierf zij zich met het vocale oeuvre van Gustav Mahler; wereldwijd vertolkte zij talloze malen diens orkest- en pianoliederen en werkte zij mee aan uitvoeringen van de Tweede, Derde en Achtste symfonie. Ook met haar interpretatie van Mahlers Lied von der Erde wist zij telkenmale een groot publiek te ontroeren. Zij werkte regelmatig met een groot aantal dirigenten van faam zoals Daniel Barenboim, Roberto Benzi, Pierre Boulez, Riccardo Chailly, Charles Dutoit, Ivan Fischer, Reinbert de Leeuw, Kurt Masur, Carlo Maria Giulini, Bernard Haitink, Nikolaus Harnoncourt, Mariss Jansons, Mstislav Rostopovitsj, Esa-Pekka Salonen, Kurt Sanderling, Georg Solti, Hans Vonk en Edo de Waart.
Met pianisten als Gérard van Blerk, Roger Vignoles en David Slig heeft zij over de hele wereld liederenrecitals gegeven, onder meer in de Londense Wigmore Hall, Carnegie Hall in New York, het Theatre de l'Athenee in Parijs en uiteraard op alle belangrijke liedpodia in eigen land
Een hoogtepunt was een concert in 1995 met Bernard Haitink in Dresden met Mahler's Tweede. De concerten stonden in het teken van het bombardement op Dresden vijftig jaar eerder:
"... Charlotte Margiono en ik zaten vanaf het begin van de symfonie op het podium om te voorkomen dat er bij onze opkomst na het eerste deel geapplaudiseerd zou worden en dat zou nu, vanwege het herdenkingskarakter, nog extra storend geweest zijn. De hele uitvoering was van een enorme intensiteit, die haar hoogtepunt kreeg in de reactie van het publiek. Het klapte niet, maar stond na dat machtige slot in doodse stilte als één man op. Charlotte en ik waren in tranen. We hadden onzelf tekort gedaan als we pas na het eerste deel waren opgekomen. Nu was je vanaf het begin deel van dat indrukwekkende geheel."
Jard van Nes in "Wat is het geheim van een goede dirigent" uit "Bernard Haitink, een vriendenboek", samengesteld door Paul Korenhof.
In 1994 gaf Jard van Nes al aan niet tot haar zestigste door te willen zingen. In januari 2001 was het zover. Zij maakte dit bekend in Arnhem na de uitvoering van Mahler's Derde Symfonie met het Gelders Orkest onder leiding van Lawrens Renes. Ze stelde vast dat het haar steeds meer moeite kostte om te voldoen aan de eisen die ze zich zelf heeft gesteld. "Dat levert een spanningsveld op waarbij ik me niet prettig voel."
Jard van Nes, gehuwd met Hans Hierck, voormalig directeur van Het Gelders Orkest en medewerker van Radio 4 verruilden hun villa in Oosterbeek voor een huis in België. De zangeres gaat zich geheel wijden aan haar werk als zangpedagoge. Recent - januari 2003 - gaf zij nog een driedaagse masterclass in het Muziekcentrum in 's-Hertogenbosch. De plaats waarin 1978 - met haar deelname aan het Vocalisten Concours - haar carrière begon en aan welk concours in oktober 2000 zij zelf als jurylid deelnam.
Urlicht, uit Mahler's Tweede Symfonie, dirigent Hans Vonk