Hans Wilbrink
Johannes Cornelis Bernardus (Hans) Wilbrink is op 8 oktober 1933 te Rotterdam geboren. Reeds als jongenssopraan trad hij op. Hij studeerde aan het Conservatorium van Utrecht (zang en dirigeren) en vervolgde zijn zangstudie bij Berthe Seroen, Boris Pelski, Felix Hupka en Charles Panzerai. Na zijn studie begon hij zijn loopbaan als concert- en oratoriumzanger. Hij behaalde in 1955 een prijs bij een zangconcours van de Westdeutschen Rundfunks ARD in München en trad daarna (1956) in Nederland op als solist in Beethoven's Negende Symfonie bij een uitvoering van het Concertgebouw Orkest te Amsterdam.
Hans Wilbrink maakte zijn operadebuut in Nederland als 'Herr Fluth' in een voorstelling in het kader van Kunstmaand Amsterdam op 6 juni 1956 in 'Die lustigen Weiber von Windsor' van Otto Nicolai. In 1958 kreeg hij de titelrol in Sem Dresden's opera François Villon, Holland Festival 1958.
In Nederland zong Hans Wilbrink in het seizoen 1958/59 voornamelijk wat kleinere partijen, met als uitzonderingen 'Der Graf von Eberbach' in 'Der Wildschütz' van Lortzing op 4 juni 1958 (een Kunstmaand productie) en als 'Schaunard' in Puccini's 'La bohème' op 5 november 1958, een productie van de Nederlandsche Opera. Nog éénmaal, op 7 september 1962, trad hij in Nederland op in een opera, in Mozart's 'Die Zauberflöte' in de rol van Papageno. Ook voor de radio zong Hans Wilbrink, voor de VARA zong hij in april 1960 in concertante uitvoeringen van opera's van Tchaikovski. Als 'Mazeppa' in de titelrol en als Robert in 'Iolante'.
In 1958 haalde Georg Solti hem naar de Opera van Frankfurt. Vanaf 1959 was hij aan dit operahuis verbonden. In de jaren 1959-1961 gasteerde hij tevens bij de Städtischen Oper Berlin. Vanaf 1966 was hij gedurende meer dan dertig jaar, en vanaf 1975 als 'Kammersänger', bij Staatsoper von München verbonden. Hij trad graag op in werk van tijdgenoten en zong in vele premières. o.a. in 1962 in Frankfurt in 'Alkestiade' van Louise Talma, in 1964 in 'Dame Kobold' van Gerhard Wimberger en in 'Das Foto des Kolonels' van Humphrey Searle, in 1969 in München in 'Aucassin und Nicolette' van Gunther Bialas, in 1976 in 'Die Versuchung' van Josef Tal), in 1986 in 'Belshazar' van VOlker David. Kirchner, nog steeds in München.
Tot zijn repertoire behoorden rollen als Figaro (Figaros Hochzeit, Mozart), Guglielmo (Cosi fan tutte, Mozart), Papageno (Zauberflöte, Mozart), Scherasmin (Oberon, Weber), Malatesta (Don Pasquale, Donizetti), Olivier (Capriccio, R. Straus), Morbio (Die schweigsamen Frau, R. Strauss), Mr. Gedge (Albert Herring, Britten), Oberon (A midsummer night's dream, Britten).
Gastoptredens voerden hem naar Wenen, naar Parijs (1962) en naar Glyndebourne (als Pelléas in 'Pelléas et Melisande' van Debussy). Ook als concert- en oratoriumzanger genoot hij groot aanzien. Hans Wilbrink was geliefd om zijn liederenavonden. Hij zou najaar 2003 jurylid van het Internationale Vocalistenconcours in Den Bosch zijn, dat hij zelf in 1954 won. Nog op 8 april 1997 zong Hans Wilbrink in de wereldpremière van de opera 'Helle Nächte' van Moritz Eggert en een paar weken voor zijn overlijden was hij nog te horen en te zien als 'Notar' in Strauss' 'Rosenkavalier'.
Hans Wilbrink is op woensdag 20 augustus 2003, op 69-jarige leeftijd, in zijn woonplaats München overleden.
Hij maakte plaatopnamen voord de labels: Christophorus-Verlag (Missen van Schubert), Music and Arts (Negende Symfonie van Beethoven onder Klemperer, 1956), DGG ('La Cenerentola' van Rossini), Schwann ('Gloria' van J.S. Bach), EMI ('Die Meistersinger von Nürnberg'), TIS (Negende Symfonie van Beethoven).