Willem Kes
Willem Kes, geboren in 1856 te Dordrecht werd in 1888 benoemd als de eerste vaste dirigent van het in dat jaar opgerichte Concertgebouw Orkest. Het artistieke peil van het Amsterdamse muzikale leven stond op dat moment niet op een bijster hoog niveau. Johannes Brahms, tijdens een bezoek in 1879 aan de hoofdstad zei hier over ....."Ihr seid liebe Leute, aber schlechte musikanten"...... Maar Willem Kes nam zijn taak voortvarend ter hand. Om het peil van het orkest te verhogen richtte hij de Orkestschool op, waar vooraanstaande musici zo als Bernard Zweers, Wouter Hutschenruyter en L. Mossels les gaven. Hij voerde een strakke discipline in, die niet alleen het orkest gold. Ook aan het publiek stelde hij eisen. Tijdens concerten was het gebruikelijk een drankje te nuttigen en ook nog een praatje te maken. Dit werd niet meer getolereerd. Als hij zijn dirigeerstok ophief, verwachtte hij stilte en eerst dan werd met het musiceren begonnen. Hij vond dat dit als eerbied voor de kunst van het publiek gevraagd mocht worden.
Het lukte Willem Kes om vooraanstaande musici naar Amsterdam te krijgen, zoals Pablo de Sarasate, Eugen d'Albert en Joseph Joachim. Behalve het Duitse repertoire werd ook aandacht aan het Franse repertoire geschonken. Componisten als Chausson en d'Indy waren aanwezig bij een uitvoering van zulk een programma. In 1895 verliet Kes het orkest om de functie van dirigent van het "Scottish Orchestra" te aanvaarden. Tijdens het afscheidsconcert soleerde zijn opvolger de jeugdige Willem Mengelberg in het pianoconcert in Es-groot van Fransz Liszt.
bronvermelding: "Van Dolf van Gendt naar Bernard Haitink", 90 jaar Concertgebouw en Concertgebouworkest, 1888-1978, door Lydia Lansink en Jan Taat